In het kort:
De coalitie wil vanaf 2026 fors bezuinigen op subsidies aan gemeenten, wat onverwachte gevolgen heeft voor onder meer het openbaar vervoer.
- Bezuiniging van 10% op specifieke subsidies leidt tot 600 miljoen euro besparing per jaar.
- Grote steden vrezen voor duurder openbaar vervoer en het schrappen van buslijnen.
- Oppositiepartijen bekritiseren de plannen als een 'onderhandelingsfoutje'.
Het grote plaatje:
De bezuiniging was bedoeld om administratieve rompslomp te verminderen en gemeenten meer vrijheid te geven, maar blijkt in de praktijk anders uit te pakken.
- Amsterdam, Rotterdam en Den Haag krijgen 110 miljoen euro minder ov-budget.
- Ministeries bekijken nog de 'uitwerking en invulling', maar reparatie lijkt ingewikkeld.
- Coalitiepartijen erkennen dat ze de gevolgen niet hadden voorzien, maar houden vast aan de financiële afspraken.
Wat volgt:
Staatssecretaris Chris Jansen (PVV) belooft zijn best te doen om de pijn te verzachten, maar concrete oplossingen zijn nog niet in zicht. Het ministerie van Financiën verdedigt de besparing, terwijl gemeenten en oppositiepartijen blijven aandringen op heroverweging van de plannen.