In het kort:
Het kabinet wil het strengste asielbeleid ooit invoeren door middel van een noodwet, maar stuit op weerstand in zowel de Tweede als de Eerste Kamer.
- De noodwet zou het mogelijk maken snel maatregelen te treffen zonder parlementaire goedkeuring.
- Critici, waaronder GL-PvdA-senator Paul Rosenmöller, noemen deze aanpak "riskant" en "gevaarlijk".
- Ambtenaren waarschuwden eerder dat het plan "democratisch en rechtsstatelijk niet aanvaardbaar" is.
Het grote plaatje:
De discussie draait om de juiste aanpak van de asielproblematiek en de grenzen van democratische processen.
- Er is brede overeenstemming dat asielmaatregelen nodig zijn, maar niet over de methode.
- Een spoedwet wordt door sommigen gezien als beter alternatief dan de noodwet.
- Premier Schoof blijft achter de noodwet staan, ondanks de kritiek.
Wat volgt:
Het kabinet is niet verplicht gehoor te geven aan de motie van de Eerste Kamer. Asielminister Faber moet de noodwet nog voorleggen aan de ministerraad, naar verwachting voor het herfstreces.